EDUARD JANSE (1936-2001)

Eduard Janse


Een gedreven amateurfilmer met passie voor zijn stad.

De Leeuwarder filmer Eeltje Hendrikus Janssen, Eduard Janse zoals hij zich doorgaans noemde, was vooral bekend door zijn vele kilometers film, die hij in jaren zeventig en tachtig heeft geschoten van uiteenlopende gebeurtenissen in Leeuwarden. Zijn grootste interesse waren branden waarnaar hij, zo nodig midden in de nacht, uitrukte op zijn brommer (foto LC, Wietze Landman).

Eduard, zoon van een  makelaar, groeide op aan de Eewal. Na vele omzwervingen kwam hij eind jaren vijftig terug in Leeuwarden. In de jaren zestig was hij uitbater van Hotel/Pension “Centrum”, gevestigd in zijn ouderlijk huis aan de Eewal 71. In 1968 kwam hier echter een eind aan. Hij kwam terecht op het Administratief Centrum van de D.S.W. (Dienst Sociale Werkvoorziening) en verhuisde naar de Beetgumerstraat 16, wat zijn uitvalsbasis werd. Hij noemde zijn huis geen woonhuis, maar een werkplek!

Hij was bevriend met J.G. Jonker van Foto-Kino Jonker op de Nieuwestad, waar hij allerlei hand- en spandiensten voor deed. Hij was toen al actief als amateurfotograaf. Jonker raadde hem aan te gaan filmen. Zijn eerste film heette “Een week rond het IJsselmeer”, gevolgd door onder andere ”Parels der Wadden”, “Zwerven door Friesland” en “Elf Friese Steden”.  Hij legde niet alleen Friese gebeurtenissen vast, ook trok hij geregeld het land in om documentaires te maken. Hij omschreef dit als “toeristisch-landschappelijk, in de trant van het televisieprogramma Ontdek je plekje”.

Zijn films werden overal vertoond met hulp van vrijwilligers. De lange films werden voorafgegaan door zogenaamde ‘ journaals’.  Zo was er dus een Nederlands-, Fries- en Leeuwarder Journaal. Hij was oprichter van het vrijwilligersproject “Utopia-films”, ontstaan nadat hij grotendeels werd afgekeurd en het werk op het Administratief Centrum werd beëindigd.

Janse bleef filmen en had inmiddels een scanner aangeschaft om naar politiemededelingen te kunnen luisteren, zodat hij daarna meteen kon uitrukken op zijn brommer, die steevast met de neus naar voren naast de heg in zijn voortuin aan de Beetgumerstraat 16 startklaar stond.  Niet vreemd dat zijn voorkeur uit ging naar branden, want  van jongs af aan had hij al een passie voor de brandweer.  Hij was soms nog voor de brandweer ter plaatse. Want, om zijn eigen woorden te gebruiken, “een objectief beeldverslag kun je alleen geven als je zo snel mogelijk ter plaatse bent”. Dit loopt als een rode draad door zijn leven.

Zijn vader moest als verzekeringstaxateur naar de brand om te proberen de oorzaak te achterhalen. Ook vader Janssen wachtte niet tot na de brand, maar was zo snel mogelijk tijdens de brand al aanwezig, wat hem hielp om de oorzaak beter te kunnen nagaan. Als klein jongetje werd Eduard vaak meegenomen. Dit moet veel indruk op hem hebben gemaakt. Vanaf die tijd is hij besmet met het ´brandvirus´ en zijn branden een terugkerend  thema in zijn films. Zo heeft hij o.a. de grote branden in pakhuis Riga, Odessa en Rusland aan de Hoekstersingel (28 februari 1981) en in de Wibra aan de Nieuwestad (28 april 1990) vastgelegd. Ook kleinere ongelukjes werden door Janse gefilmd. Zijn filmregistraties (met commentaar) van kop-staart botsingen rond het Leeuwarder Europaplein zijn berucht.

Carla Duim, medewerker audiovisueel, Historisch Centrum Leeuwarden